|
What
goes up….. |
Bron: Ben van den Anker |

Stock prices have reached what looks like a permanently high plateau...
I expect to see the stock market a good deal higher within a few months.
- Dr. Irving Fisher, a Yale Professor of Economics and a leading economist of
his day, speaking on October 17, 1929 -
Waarderingen van Amerikaanse aandelen zitten aan de bovenkant van gangbare
waarderingen; de Dow Industrial zit op een PE van bijna 22, terwijl dit een
jaar geleden nog 17 was. De Dow Utility zit met een PE van 28 bijna 10
‘punten’ hoger dan een jaar geleden1).
Interessant is dat het dividend
rendement met het stijgen van de Price Earnings ratio voor zowel de Dow
Industrial, Dow Transportation als de Dow Utility lager is dan een jaar geleden
(stand 23 december 2016). Kortom, een lager dividendrendement tegen een hogere
prijs. Dit brengt de vraag met zich mee of er zich geen top aan het vormen
is.
Nu beschik ik niet over een glazen bol, maar toch is er iets te zeggen over de
kenmerken van pieken en dalen.
|
|
|
|
|
Als de markt zich bij
een piek bevindt, zal het goed gaan met de economie.
Economische data begint langzaam te verslechteren voordat de productie en
werkgelegenheid de nadelen hiervan beginnen te ondervinden.
Een van de tekenen dat de markt aan de bovenkant van het mogelijke begint te
geraken zijn de hoge waarderingen; dit vinkje kunnen we plaatsen voor zowel de
Price / Earnings als de Price / Sales ratio.
De volatiliteit is erg laag2);
historisch gezien kan de volatiliteit
nu eigenlijk maar één kant op….
De centrale banken beginnen hun beleid aan te passen om stimuleringsmaatregelen
terug te brengen; vinkje! Grote ‘share buy backs’ vinden plaats nu
schulden nog goedkoop zijn. Het volume van buy backs neemt overigens in de
laatste twee kwartalen af 3)
. De grootste ‘pieken’ in
buybacks zijn waarneembaar rond 2000 en 2008, waarna eveneens een daling
ingezet werd die zich kwartaal op kwartaal doorzette.
Ben van den Anker (1976) is schrijver / columnist en
lid centrale directie aan het Candea
College |
Hij heeft zijn PhD in Business &
Management tijdens een
negenjarig verblijf in Zuidoost Azië aan de International Graduate School
of Business (University of South Australia) behaald. Hij is auteur van het boek
The perceived role of Host Country Nationals in Expatriate Adjustment (2010,
Ben van den Anker). Zijn onderzoek richt zich met name op de rol van
cross-culturele interactie in het functioneren van expatriates. Daarnaast is
hij voor de International Business Review revisor voor wetenschappelijke
artikelen op het snijvlak business en management. |
|
Waaraan herkennen we dan de vorming van een dal in de markt? Dat het economisch
niet of minder voor de wind gaat herkennen we onder andere aan het schrappen of
verlagen van dividenduitkeringen; recentelijk hebben we dit in de energiesector
meegemaakt waar een aantal kleinere spelers het niet gered heeft.
Het eens zo machtige Vanguard Natural Resources is van een koers van boven de
$30 naar een koers van onder de $1 gezakt. Het beschikbaar stellen van krediet
wordt langzaam moeilijker; we zien weliswaar renteverhogingen in de U.S., maar
tarieven zijn nog steeds historisch laag.
De kentering naar meer normale omstandigheden is echter waarneembaar. Het
gegeven dat de markt al 20% of meer gedaald is, is ook indicatief voor een dal
(een bodem is weer een heel ander verhaal).
De toppen worden lager, net zoals de nieuw gevormde dalen. Het sentiment is
over het algemeen niet positief; negatieve berichten overheersen de
berichtgeving in de pers. De RSI (relative strength index) bevindt zich tegen
of onder de 30.
Dit houdt in, eenvoudig weergegeven, dat de prijs van het aandeel diep is
gevallen tot onder de intrinsieke waarde.
Dit wordt ook wel als een paniekreactie geïnterpreteerd. Natuurlijk werkt
dit ook de andere kant op; bij een RSI-waarde van rond de 70 is er sprake van
topvorming.
Je kunt hierbij ook met PE-waardes werken, relatief ten opzichte van een ander
aandeel uit dezelfde industrie.
De vraag is dan waar de over- of onderwaardering van dit aandeel op is
gebaseerd.
Het is belangrijk om te beseffen dat er altijd
een reden voor het gegeven is dat bepaalde
aandelen heel duur of heel erg goedkoop zijn.
Het zijn allemaal maar signalen en er zijn er tientallen meer; het is en blijft
geen exacte wetenschap.
We weten dat de markt in de US ‘duur’ is. De terugkeer naar
gemiddelde waarden zit er een keer aan te komen. Dat er dan wat gaat gebeuren
in zowel de U.S. als de EU in de komende jaren lijkt duidelijk. Bedrijven die
het vol houden met goedkoop krediet zullen op eigen kracht tegen ‘normale
kredietvoorwaarden’ weer rendement moeten gaan behalen op hun eigen
vermogen om door te kunnen draaien. Het aantal faillissementen zal hierdoor
mogelijk toenemen in de komende jaren. Beweging in de aandelenmarkten zal er
hoe dan ook zijn!
ref:
1) http://wsj.com/mdc/public/page/2_3021-peyield.html
2) http://www.marketwatch.com/investing/index/VIX/charts
3) http://insight.factset.com/hubfs/Buyback%20Quarterly/
Buyback%20Quarterly%20Q3%202016_12.19.pdf |
|
|
|
|